woensdag 9 juni 2010

Boekbespreking 10: De mannelijke zoon in het boek ESTHER

.
Een Bijbelstudie van H. Siliakus,
uitgegeven door uitgeverij “De Eindtijdbode”.


Een vergelijking
In het boek Esther is Mordechai de figuur die direct naast de sleutelfiguur Esther staat. Esther is enigszins passief, Mordechai actief. De betekenis van de naam Mordechai is “kleine man” of “manneke”. Het blijkt bij het lezen van dit boek, dat Mordechai’s optreden inderdaad doet denken aan de “mannelijke zoon” van Openbaring 12, die ook wel het “manneke” genoemd wordt.
In het verleden werden er reeds vergelijkingen gemaakt tussen deze mannelijke zoon en achtereenvolgens Jezus en Mozes (zie: rev. W.H. Offiler, “God en Zijn Bijbel”, blz. 460-463; rev. C.J.H. Theys, “Die is en Die was en Die komen zal”, blz. 246-249 en “Heidenvolken in profetisch licht”, blz. 42-45, alsmede het artikel in de serie “Profetische horizon” in het blad “Het Volle Evangelie” van dec. 1959) .
Overeenkomsten tussen deze drie betreffen onder andere:
• de Goddelijke bewaring,
• het verlosserschap, en
• het heerser en strijder zijn.
Bij een vergelijking van Mordechai met de mannelijke zoon komen wij deze kenmerken eveneens tegen. Openbaring 12 vers 5 leert ons:
1.
dat de mannelijke zoon wordt bewaard of “weggerukt tot God”, en
2. dat hij de heidenen zal hoeden met een ijzeren roede,
3. terwijl Openbaring 14 vers 1 hem toont – in de gedaante van de 144.000 verzegelden –
als overwinnaar en heerser met Christus.
Laat ons nu zien hoe deze drie kenmerken in het leven van Mordechai naar voren komen.

1. Mordechai werd bewaard.
Hij werd door God behoed en bewaard tegen de moordzucht van Haman, die hem haatte. God leidde het zo, dat Mordechai aangenaam werd bij de Perzische koning (zie Esth. 2:21-23 en 6:1-10) en dat Haman bij de koning in ongenade viel (zie 7:5-8), waardoor deze Haman zelf aan de door hem voor Mordechai opgerichte galg kwam te hangen (zie 7:9-10).

2. Mordechai werd middel tot verlossing.
Hij werd de verlosser voor de Joden in die tijd (inclusief Esther – zie 4:13). Hij was evenzeer een verlosser en bevrijder, zoals Mozes dat eerder was voor het gehele volk Israël. Zijn verlosserschap blijkt uit het volgende: God bestelde het zo, dat zijn nicht Esther, die hij opgevoed had, koningin-gemalin van Ahasveros werd (zie 2:15-18); voorts is het Mordechai, die Esther over het duivelse plan van Haman inlicht, haar dwingt in actie te komen en haar daarbij steunt (zie 4:7-8, 13-14 en 15-17); tenslotte zien wij hoe Mordechai
• na de ontdekking van het complot tegen de Joden (door Esther aan Ahasveros bekend gemaakt) “premier” wordt in de plaats van Haman (zie 8:2),
• de verlossende tegen-wet voor de Joden opstelt en
• de leider van de verdedigings-aktie wordt (zie 8:9, 9:3-4).

3. Mordechai werd (mede-)heerser en strijder.
Hij werd medeheerser naast Ahasveros. Hij kreeg de rang van eerste vorst (d.i. een “premier”), zoals wij al opmerkten (zie Esth. 8:2) en behield die (zie 10:2-3). Hij had de leiding in de strijd van zijn volk voor hun behoud (zie 9:3-4). Dat de Joden hem als hun leider beschouwden, blijkt ten overvloede uit het feit, dat hij het bevel kon geven voor de instelling van het Purimfeest (zie 9:20-23).

Tot zover de “Boekbespreking”. Als u deze studie wilt lezen,
KLIK HIER.

A. Klein