donderdag 10 februari 2011

De Gever en Zijn Gaven - hoofdstuk 10

.






Deel 2:
De Gaven of Manifestaties van de Heilige Geest







De Gave van ‘het Onderscheiden van geesten’

Wat is de Gave van ‘het Onderscheiden van geesten’?
Deze gave is de derde van de groep van ONHOORBARE (Geestes)gaven, waardoor God de christen iets doet KENNEN of WETEN. De gave van “het Onderscheiden van geesten” is de “bovennatuurlijke” manifestatie van Gods Geest, die de christen openbaart WELKE of WAT voor geest/geesten er rondom hem/haar werkzaam is/zijn.
Efeze 6:12 (HSV): “Want wij hebben de strijd niet tegen vlees en bloed, maar tegen de overheden, tegen de machten, tegen de wereldbeheersers van de duisternis van dit tijdperk, tegen de geestelijke machten van het kwaad in de hemelse gewesten.”
Gods Geest stelt ons met deze gave in staat om een bovennatuurlijke blik te slaan in de wereld der geesten. Dat deze gave van ontzaglijk groot belang is voor de Gemeente van de Here Jezus Christus, behoeft geen nader betoog. Door de werking ervan wordt het Lichaam van Christus altijd en overal veilig gesteld!
Prijst God voor Zijn wondervolle voorziening!
Allen, die in enige bediening staan, moeten niet ophouden God om de manifestatie van deze (Geestes)gave in hun bediening te bidden, want alleen deze (Geestes)gave doet hen de soort geesten onderscheiden, die in deze laatste dagen werkzaam zijn in de mensen, die wij op de één of andere manier met het Evangelie moeten zien te bereiken, zoals:

•geesten van ongehoorzaamheid (waardoor men al gauw geneigd is tot ongehoorzaamheid, ook en vooral aan God en Zijn gebod[1]),
•geesten van hoogmoed,
•geesten van twistgierigheid (waardoor men al gauw – lees: dwangmatig – geneigd is tot redetwisten of onverdraagzaamheid),
•geesten van zelfmedelijden,
•geesten van vleselijke lusten (waardoor men al gauw – lees: dwangmatig – geneigd is tot allerlei soorten van verkeerde verlangens en/of seksuele uitspattingen),
•geesten van murmurering (waardoor men al gauw – lees: dwangmatig – geneigd is tot mopperen, klagen en/of ontevredenheid),
•geesten van koppigheid,
•geesten van onreinheid,
•geesten van ontuchtigheid,
•geesten van onmatigheid,
•geesten van vitten en treiteren,
•geesten van roddel,
•geesten van onderkruiperij (waardoor men al gauw – lees: dwangmatig – afbreuk wil doen aan andermans werk),
•geesten van zelfvoldaanheid,
•geesten van (geestelijke) blindheid,
•geesten van stomheid (het “met stomheid geslagen zijn”, waardoor men niets weet te zeggen of het – voor altijd of slechts tijdelijk – echt niet kunnen spreken),
•geesten van onvastheid (waardoor men onzeker/wankelbaar/onevenwichtig is, en dus niet – of niet volkomen – beheerst wordt door de eigen wil of – nog belangrijker – door Gods wil),
•geesten van leugen,
•geesten van haat,
•geesten van zelfbedrog,
•geesten van zotternij (waardoor men al gauw – lees: dwangmatig – geneigd is om dwaze of gekke dingen te doen),
•geesten van spot (waardoor men al gauw – lees: dwangmatig – geneigd is om anderen, door een grap of gekheid, te bespotten en/of belachelijk te maken),
•geesten van luiheid,
•geesten van praatzucht (ofwel: het praatziek zijn, waardoor men al gauw – lees: dwangmatig – geneigd is tot onzinnig kletsen of roddelen),
en van nog heel veel andere geesten[2], waarvan in de Bijbel wordt gesproken.

Zoals christenen in deze laatste dagen “alles op alles” zetten om dit Evangelie van het Koninkrijk te verkondigen, waar en wanneer zij maar kunnen, zo grijpt de duivel iedere gelegenheid aan om in deze laatste dagen de wereld te bezoeken met een “opwekking” (ofwel: een herleving) van helse machten! Daarom kan en mag de Gemeente van Jezus Christus, juist in deze huidige tijdsbedeling, verwachten dat God Zijn geestelijke gaven – en DEZE geestelijke gave niet in het minst – in overvloediger mate zal schenken. Halleluja!
De (Geestes)gave van “het Onderscheiden van geesten” openbaart de christen verder, HOE God op een bepaald ogenblik in de samenkomst werkt en WELKE gave in manifestatie IS of KOMT. Hoeveel christenen maken niet de grote fout om hun samenkomsten te leiden volgens een VAST, van te voren opgemaakt programma, waarvan zij niet willen afwijken, TENZIJ God Zelf zou ingrijpen! Dat zij – zo doende – net zo vele malen lijnrecht tegenover de leiding van de Heilige Geest staan, beseffen zij niet eens, omdat zij niet in staat zijn om te onderscheiden, welke (Geestes)gave op een gegeven moment in werking is of wordt gemanifesteerd! Pas als wij, christenen, met de Geest van God samenwerken en Hij IN ons werkt, zullen psychologen, psychometristen, telepaten, kristalkijkers, astrologen en handwaarzeggers onthutst, verstomd en verward zijn… net zoals zij dat waren op die eerste Pinksterdag en in die eerste Pinkstertijd, toen zij de wonderbaarlijke manifestaties van Gods Geest zagen.
Het is door de manifestatie van deze gave van de Heilige Geest, dat christenen (kunnen) onderscheiden of de werkzame gaven van “ALLERLEI TALEN”, “UITLEG van TALEN” en “PROFETIE” in de Gemeente wel “echt” zijn en niet “uit het vlees”!
1 Korinthe 14:27-29 (HSV): “En als iemand in een andere taal spreekt, laat het dan door twee of hoogstens drie mensen gedaan worden, ieder op zijn beurt, en laat één het uitleggen. Maar als er geen uitlegger is, laat hij dan in de gemeente zwijgen, maar laat hij tot zichzelf spreken en tot God. En laten twee of drie profeten spreken, en LATEN DE ANDEREN HET BEOORDELEN.”
Ik heb mogen leren dat dit BEOORDELEN alleen dient te geschieden door hen, die waarlijk – vanwege hun uitgesproken geloofsleven met deze (Geestes)gaven – PROFETEN zijn!
1 Korinthe 2:15 (HSV): “De GEESTELIJKE MENS beoordeelt wel alle dingen, zelf echter wordt hij door niemand beoordeeld.”
Het was door deze gave, dat de Heilige Geest mij op een morgen – tijdens een samenkomst – de “geest van VERBEELDING” deed onderscheiden in een man, die op dat ogenblik “profeteerde”, nadat diezelfde (verkeerde) geest de man eerst had doen spreken van een “gezicht”! De Geest van God drong mij toen tot een bestraffing van die geest, waarop de man zweeg.

Wat deze Gave NIET is
“Het Onderscheiden van geesten” heeft niets te maken met wat de mensen zo gaarne beoefenen: achterdocht, wantrouwen, argwaan en/of verdenking. Nog veel minder heeft deze Geestesgave te maken met de zogenaamde “Christian Science”: zij ontkennen namelijk het bestaan van een duivel en van geesten.
Het Schriftuurlijke “Onderscheiding van geesten” is niet een zéér sterk ontwikkeld gevoel voor verbeelding (d.i. het zich – onterecht – iets inbeelden). In de regel is het wel zo, dat personen, die aan dit laatste lijden, innerlijk al van het rechte pad afgeweken zijn. Zij zijn, zoals de Bijbel dat kernachtig zegt: “verdwaasd in hun overwegingen ... Zij hebben de waarheid van God vervangen door de leugen” (Rom. 1:21b-22, 25a). God haat menselijke verbeelding/inbeelding.
Spreuken 6:16-19 (HSV): “
Deze zes haat de HERE, ja, zeven zijn een gruwel voor Zijn ziel:… een hart dat zondige plannen smeedt (SV: een hart, dat ondeugdzame gedachten smeedt),… een valse getuige die leugens blaast,…”
Het was om deze reden, dat God de zondvloed deed komen en daardoor een einde maakte aan alle vlees.
Genesis 6:5 (HSV): “En de HERE zag dat de slechtheid van de mens op de aarde groot was, en dat al de gedachtespinsels van zijn hart elke dag alleen maar slecht waren.”
Gode zij dank voor alle genade, ons in Jezus Christus geworden, waardoor het ons mogelijk is om over deze dingen de overwinning te behalen.

KLIK HIER als u deze studie – die te lang is voor op het weblog – verder wilt lezen.

CJH Theys


[1] Alle hier, tussen haakjes, vermelde teksten zijn – hopelijk ter verduidelijking – door A. Klein toegevoegd.
[2] Al deze geesten zijn net zovele machten van de boze die de (gelovige) mens negatief beïnvloeden, waardoor het leven, maar vooral ook het geloofsleven niet TEN VOLLE tot eer en verheerlijking van Zijn Naam zal kunnen zijn. Vandaar ook de noodzaak dat deze geesten bestaft en/of uitgeworpen dienen te worden (ofwel: dat de macht van deze geesten verbroken wordt), zoals we o.a. kunnen lezen in 2 Kor. 10:3-6a. (noot – AK)