dinsdag 10 augustus 2010

De Gever en Zijn Gaven - hoofdstuk 4

-





Deel 1:
De doop met de Heilige Geest








Geraffineerde excuses die een schijn van waarheid hebben

“De doop met Gods Geest zal een te grote verantwoordelijkheid van mij eisen”
Soms treffen wij mensen aan, die, na een gesprek met hen te hebben aangeknoopt, blijk geven wel te geloven in deze wondervolle gave van God, maar die, zoals ze zeggen, de verantwoordelijkheid, die God dan van hen eist, niet durven dragen. Deze mensen zijn er van overtuigd, dat de doop met de Heilige Geest van hen te veel zal vragen en wel in de zin, dat zij daarna te veel zullen moeten prijsgeven. In de regel beëindigen zij het gesprek met: “Dit is dan ook de reden, waarom ik niet durf te bidden om de doop met de Heilige Geest. Als ik vervuld zou worden met Gods Geest, zou daarna de kans groter zijn om tegen Hem te zondigen.”
Degene, die zo spreekt, is er zich nauwelijks van bewust, dat zo’n excuus hem of haar wordt ingegeven door de duivel.
Deze categorie christenen zijn blind voor het feit, dat het Gods wil is, dat ALLE christenen rein en heilig zullen leven, want zonder heiliging zullen wij God niet zien.
Hebreeën 12:14 (HSV): “Jaag de vrede na met allen, en de heiliging, zonder welke niemand de Here zien zal.”
Ongeacht uw kerk (d.i. uw kerkelijke gezindte) of uw groepering/richting (d.i. een geestelijke stroming buiten de officiële kerken), of u nu voorganger bent of niet, God vraagt van u dat u een rein en heilig, dat is een afgezonderd leven leiden zult. Dikwijls ziet men Gods eis om afgezonderd, afgescheiden van de wereld te leven, over het hoofd.
De Here God zelf maakte scheiding tussen Zijn volk en de Egyptenaren. Lees hiervoor Exodus 12.
Christenen zijn pelgrims, die weliswaar nog in deze wereld vertoeven, maar zelf niet meer VAN deze wereld zijn (zie Joh. 17:16).
God houdt er geen twee klassen van christenen op na. Het is niet zo, dat er één klasse is, die werelds mag zijn en die doen mag al wat zij wil en daarnaast een andere klasse, die naar de Goddelijke voorschriften van de Bijbel leeft. De Heilige Geest leert ons: “En wordt niet aan deze wereld gelijkvormig, maar word innerlijk veranderd door de vernieuwing van uw gezindheid (SV: gemoed), om te kunnen onderscheiden wat de wil van God is, namelijk het goede en welgevallige en volmaakte” (Rom. 12:2, HSV). En eveneens:
“Heb de wereld niet lief en ook niet wat in de wereld is. Als iemand de wereld liefheeft, is de liefde van de Vader niet in hem” (1 Joh. 2:15, HSV). “En als u Hem als Vader aanroept, Die zonder aanzien van de persoon naar ieders werk oordeelt, wandelt dan in de vreze des Heren, gedurende de tijd van uw vreemdelingschap (op aarde) (1 Petr. 1:17, HSV).
Menigeen denkt dat het mogelijk is om Gods goede, welbehaaglijke en volmaakte wil te leren kennen in een onbekeerde staat. De Bijbel leert ons echter onomwonden, dat wij eerst Zijn Stem moeten gehoorzamen, onszelf moeten onderwerpen aan de uitspraken van Zijn Woord en dat dan Zijn heilige wil aangaande ons verdere leven in die vernieuwde levensstaat zal worden gekend. Prijst God!
Naar de mate van de verantwoordelijkheid, die wij moeten dragen, ontvangen wij van God genade. Nog nooit heeft God iemand gevraagd om iets voor Hem te doen zonder hem daartoe de kracht en de wijsheid te geven. De voorbeelden in de Bijbel en die in het leven, waarin wij nu staan, zijn legio. Wat dunkt u, heeft God geen macht om verdrukkingen te doen verkeren in menigvuldige zegeningen? Door Zijn wil te doen, ontvangen Zijn kinderen nog meer zegeningen! God zal u en ieder ander nooit vragen om iets voor Hem op te geven, tenzij dat iets niet goed voor u en die ander(en) is. Indien onze wil zich schikt naar Gods wil, zal de Heilige Geest ons die wil helpen volbrengen, Hij schenkt immers de kracht en de macht voor de dienst des Heren en ook de kracht om te overwinnen. Halleluja!
Alle christenen die godzalig willen leven zullen vervolgd worden (zie 2 Tim. 3:12). Juist daarom hebben wij die wonderbaarlijke Pinksterkracht (d.i. de kracht van Gods Heilige Geest, zoals geopenbaard in Handelingen 2) nodig. Het is de kracht die ons in staat stelt om, zelfs onder de heftigste vervolgingen, God te blijven loven en prijzen en wel zo, dat onze lofzangen tot in het Paradijs opstijgen! Glorie voor Jezus! Paulus en Silas hadden – door de Heilige Geest in hen – de kracht om Hem te (blijven) loven en prijzen, terwijl zij opgesloten zaten in de gevangenis (zie Hand. 16:23-25).
Wat de vrees betreft dat men, indien men gedoopt zou zijn met Gods Geest, des te eerder zou kunnen zondigen tegen Gods Geest, dient te worden opgemerkt, dat men in deze een absoluut verkeerde voorstelling van zaken heeft. Het is fout om te denken dat wanneer een christen vervuld wordt met Gods Geest, hij of zij dan de kans loopt om de zonde tegen de Heilige Geest te begaan. Laat mij u maar direct vertellen, geliefde lezer, dat IEDER MENS zondigen kan tegen de Heilige Geest, ook al heeft hij of zij de doop met de Heilige Geest niet ontvangen. Toen Jezus in Mattheüs 12:32b voor deze zonde waarschuwde, sprak Hij tegen de Farizeeën. Maar… de Farizeeën waren toch nog nooit gedoopt met Gods Heilige Geest. Jezus zei: “maar wie tegen de Heilige Geest spreekt”, “maar wie” wil zeggen “wie maar ook”. Dit woord betreft dus allen die zich op deze wijze bezondigen. In het Bijbelse geval was dit woord in het bijzonder gericht tegen de Farizeeën, die schijnheilig waren. Het is dus mogelijk dat een schijnheilige (d.i. een hypocriet of huichelaar) tegen de Heilige Geest zondigt. Daarom staat er geschreven: “Wee u, Schriftgeleerden en Farizeeën, huichelaars, want u reist zee en land af om één proseliet (d.i. één bekeerling tot het Jodendom) te maken, en als hij het geworden is, maakt u hem een kind van de hel, tweemaal meer dan u bent.” (Matth. 23:15, HSV).
Ook iedere broeder en iedere zuster in het geloof kan deze onvergeeflijke zonde begaan, want er staat geschreven: “Als iemand zijn broeder ziet zondigen, een zonde niet tot de dood, dan zal hij tot God bidden, en Hij zal hem het leven geven, namelijk aan hen die niet zondigen tot de dood. Er is een zonde tot de dood; daarvoor zeg ik niet dat hij zal bidden.” (1 Joh. 5:16, HSV).
Ja, IEDEREEN kan de grens overschrijden! “Zie erop toe dat NIEMAND achteropraakt in de genade van God, en dat er geen enkele wortel van bitterheid opschiet en last veroorzaakt zodat daardoor velen besmet worden. Laat NIEMAND een hoereerder zijn of een onheilige, zoals Ezau, die voor één enkele maaltijd zijn eerstgeboorterecht verkocht. Want u weet dat hij ook daarna, toen hij de zegen wilde erven, verworpen werd. Want hij vond geen plaats van de berouw, hoewel hij die vurig en met tranen zocht.” (Hebr. 12:15-17, HSV). Op dezelfde wijze kan een IEDER, die God heeft gekend, wel eens te vèr gaan, waardoor hij of zij een goddeloze geest ontvangt! (zie Rom. 1:21-28).
Deze groep van mensen hebben geen andere zonde begaan dan God ongehoorzaam te zijn. Hoe gevaarlijk is het om in deze fatale zonde te volharden!
De Heilige Geest komt in ons leven om ons terecht te wijzen, te overtuigen of te veroordelen. Hij (d.i. Gods Geest),
in ons gekomen zijnde leidt ons in ALLE WAARHEID. Hoe zullen wij anders de Goddelijke maatstaf van goed en kwaad kennen? En hoe kunnen voortgaan in de gerechtigheid van God?
Johannes 16:8 (HSV): “En als Die (de Here Jezus sprak van de Heilige Geest) gekomen is, zal Hij de wereld overtuigen van zonde, van gerechtigheid en van oordeel.”
Als de mensen Hem (d.i. Gods Geest, de Heilige Geest) bedroeven en wel op zo’n wijze, dat Hij Zich volkomen terugtrekt uit hun leven om nooit meer tot hen terug te komen, om hen nooit meer de Weg te wijzen, dan worden deze mensen, wie en wat ze ook zijn, als BRUTE BEESTEN ZONDER GEWETEN!
1 Timotheüs 4:1-2 (HSV): “Maar de Geest zegt uitdrukkelijk dat in de laatste tijden sommigen afvallig zullen worden van het geloof en zich zullen wenden tot misleidende geesten en leringen van demonen, door huichelarij van leugensprekers, die hun eigen geweten als met een brandijzer hebben toegeschroeid.”
Sinds God ons heeft bevolen om “ons niet tegen de Heilige Geest te verzetten” (zie Hand. 7:51, HSV), om “de Heilige Geest niet te bedroeven” (zie Ef. 4:30) en om “de Heilige Geest in ons niet uit te blussen” (zie 1 Thess. 5:19), verkeert u juist in een groter gevaar als u volhardt in het niet gehoorzamen van Gods gebod: word vervuld met de Geest (Ef. 5:18). U haalt uw eigen oordeel over u, indien u Gods ordinantie (d.i. voorschrift of eis) wederstaat!

KLIK HIER als u deze studie – die te lang is voor op het weblog – verder wilt lezen.

CJH Theys